dagboek > overzicht
Dagboek mei 2019Bekiek hele maand 
 
4 mei om 10:41
 
Vanavond tijdens dodenherdenking aandacht voor Sneker Bloednacht





Op 4 mei vindt elk jaar de Nationale Herdenking plaats. Om 20.00 uur worden in het hele land twee minuten stilte in acht genomen voor de oorlogsslachtoffers. Herdacht worden ( ‘misschien kun je beter zeggen: wat we op 4 mei in herinnering roepen’ schrijft Bert Wagendorp vanmorgen in de Volkskrant!) al diegenen die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn omgekomen of vermoord en allen die zijn omgekomen in oorlogssituaties en bij vredesoperaties na de Tweede Wereldoorlog. Uiteraard is dat ook in Sneek het geval.

In de papieren GrootSneek van april een interview met Sientje Hoogland-Bakker. Zij verloor 75 jaar geleden haar vader in de Sneker Bloednacht. Vanavond zal er tijdens de Dodenherdenking extra aandacht zijn voor die verschrikkelijke gebeurtenis.

Hieronder het interview met mevrouw Hoogland-Bakker.





Sneker Bloednacht laat ook 75 jaar na dato haar sporen achter bij Sientje Bakker

Sientje Bakker is een dochter van Jan Hendrik Bakker en Geertje Hofstra. ‘Bakker de Bakker, van deBroodfabriek Stad Sneek’. Geboren als Knilsina- Akke, vernoemd naar beide oma’s. Sientje is op 11 juli 1935 aan de Wijde Noorderhorne geboren, vlakbij waar vroeger de Noorderpoort stond. Een nakomertje, respectievelijk negen en elf jaar na de laatste twee broers. Siem (1924) werkte in de bakkerij en haar andere broer, Bob (1926), werkte in de steenhouwerij van Hofstra, de familie van moeders kant.

Thuis noemden ze Sientje vaak ‘Zus’. Sientje Bakker is de dochter van Bakker de Bakker die tijdens de Sneker Bloednacht, van 13 op 14 juli 1944, met nog drie andere mannen uit Sneek doodgeschoten werd door de Duitsers. In het verhaal hieronder vertelt mevrouw Hoogland-Bakker eerst over haar onbezorgde jeugd en daarna over de dramatische gebeurtenis van die nacht en de gevolgen ervan.

Onbezorgde jeugd

Over boeken gesproken, mevrouw Hoogland laat aan het begin van het gesprek meteen een groot plakboek met allerhande krantenknipsels, ansichtkaarten, foto’s, gedichten enzovoort over haar zo geliefde Sneek zien. Het is haar antwoord op de vraag wat Sneek voor haar betekent:


“Alles! Echt alles!”
Het eerste loflied op Sneek dat Sientje laat lezen is een tekst, die haar uit het hart gegrepen is:
‘Sneek je hebt mijn hart gestolen,
de Waterpoort, je Sneekweeksfeer,
Sneek je hebt mijn hart gestolen,
mooie stad, stad aan het Sneekermeer!’

“De eerste jaren waren onbezorgd, ik ging naar de Montessorischool. Het was een school van ‘zelf doen, niet aan een ander overlaten’. Er zaten kinderen uit de Stationsstraat en de Frittemahoven op, toch wel gemengd. Na schooltijd ‘speule’ op het Bolwerk. ’s Winters bond moeder mij in de keuken de schaatsen onder. Ze tilde mij op haar rug en via de boerderij, die toen van ons was, ging het door het nog altijd aanwezige poortje naar de Kerkgracht.”

Met brood naar de nonnen van het Sint Antonius Ziekhuis
Na schooltijd en als Sientje ouder wordt, moet ze thuis ook meehelpen in de bakkerij van haar ouders. Bestellingen naar het Sint Antonius Ziekenhuis brengen bijvoorbeeld.

“Eerst moest ik de bon bij de poort van het ziekenhuis ophalen. Daarna mocht ik met de bakfiets de broden bezorgen. Bij de nonnen in de keuken, dat was natuurlijk prachtig. Ik herinner mij ook nog een mooi Sinterklaasfeest. Mijn vader en ik werden uitgenodigd. Sinterklaas en Zwarte Piet op een brancard door de oude gangen en toen kreeg ik een heel prachtig poppenhuis, dat de nonnen voor mij hadden gemaakt. Ik heb er jaren mee gespeeld.”

Allemaal mooie herinneringen; aan de jongens die brood bezorgden, zoals ‘Reboebel’, zo genoemd omdat hij volgens Sientjes moeder onverstaanbaar sprak. Broodfabriek Stad Sneek, was een grote bakkerij, waar veel mensen letterlijk en figuurlijk hun brood verdienden. Aan die onbezorgde jeugd komt in de oorlogszomer van juli 1944 een abrupt einde.
Sneker Bloednacht

De nacht van 13 op 14 juli 1944 is voor Sientje als een horrorfilm, met beelden die onuitwisbaar blijven. Ze was twee dagen daarvoor net negen jaar geworden. “Die nacht gebeurde dat verschrikkelijke” vertelt ze. “Het speelde zich af buiten mij om. Het was ‘s nachts om halftwee. Mijn vader had nog op een briefje geschreven wat de jongens in de bakkerij moesten doen. De volgende morgen was het grote paniek. De jongste bediende, Albert van der Heide, kwam achterom, over het Bolwerk, in de bakkerij. Z’n broer Feike was die nacht ook opgehaald door de Duitsers. Albert zei: ‘Er ligt iemand op de Noorderbrug, maar ik durf niet te gaan kijken’. Dat bleek dus mijn vader te zijn. Toen zijn mijn broers ernaartoe gegaan met een bruin geteerde ladder en hebben ze hem opgehaald. Dat beeld zal ik nooit vergeten, hoe vader op die ladder lag.”

Van het hele drama in die bewuste nacht heeft de negenjarige Sientje niets mee gekregen. Wel wat er zich daarna afspeelde.

Begrafenis maakt een onuitwisbare indruk

“Wij dachten eerst dat ze om mijn broer Sien kwamen, die ondergedoken zat. Maar ze kwamen voor vader, die zeer anti-Duits was. Als hij wel eens in de winkel meehielp, dan hield hij zijn mening niet voor zich. Misschien heeft dat een rol gespeeld. De volgende morgen werd vader opgebaard in de voorkamer, die al snel in grote bloemenzee veranderde. Er kwamen veel mensen bij ons thuis, al weet ik mij daar niet veel meer van te herinneren. Wel de dag van de begrafenis. ’s Morgens werd Feike van der Heide begraven en stond er een zee van mensen in de Kruizebroederstraat. Ik zat met mijn vriendinnetje op de stoeprand om het allemaal te bekijken. Ik was nog maar een kind. ‘s Middags werd mijn vader begraven. De koets van Hanenburg voorop en daar achter een open koets met al die bloemen. Ik zie mij nog lopen tussen mijn twee grote broers.”

Na de dramatische gebeurtenis in de Sneker Bloednacht, waarbij niet alleen Jan Hendrik Bakker, maar ook de al eerdergenoemde Feike van der Heide, Klaas Koelstra en Jan Tekelenburg werden vermoord, gaat het leven door. Op 24 september 2007 is er op het oorlogsmonument een herinneringsplaquette onthuld met hierop de namen van de slachtoffers van de Sneker Bloednacht.

Nog elk jaar legt mevrouw Hoogland-Bakker samen met familieleden op 4 mei bloemen als een stil eerbetoon bij het monument. Voor haar vader en de andere Sneker slachtoffers die op brute wijze vermoord werden.