|
|
4 mei om 21:00 |
|
En dan nog iemand
Toespraak van Alex van Ligten gehouden op 4 mei 2024 bij het Joods Namenmonument in de Stadhuistuin van Sneek
‘Verzet begint niet met grote woorden maar met kleine daden’ – regels uit een gedicht van Remco Campert .
Wat wél met woorden begint, is haat. En op haat volgen verderf en vervolging.
We zijn hier bij de gedenksteen van 25 stadgenoten – de jongste, Mechelien Pino, was 10 jaar toen ze gedood werd, de oudste, Levi Velleman, was 80.
Wij gedenken deze mensen, al zoveel jaren na hun dood. Die dood begon al bij het zaaien van haat om geen andere reden dan dat ze joods waren. Het haatzaaien en discrimineren leidden tot vervolging, deportaties, moord.
Achttien keer staat het vloekwoord Auschwitz op de steen, zes keer het even vreselijke Sobibor. Van Rozet IJzerman, omgebracht op de dag na haar 18e verjaardag weten we zelfs de plaats niet waar ze is vermoord.
Wij, tot ons geluk (en met meer geluk dan wijsheid) levend in een vrij land, maar ontevredener en klageriger dan voorheen, gedenken vandaag bij de namen van deze stadgenoten de miljoenen mensen die door hun haters zijn vervolgd en vermoord, de meeste van hen Joden, maar ook Roma, andersgeaarden, politieke tegenstanders en verzetsmensen.
Omdat haat en dood met woorden beginnen, doen wij er wijs aan als we op onze woorden letten en op die van mensen die zich opwerpen als leiders.
We doen er wijs aan ons niet te laten bepalen door angst, om ons niet te niet laten opstoken door leugens en verdachtmakingen.
Het is goed als we hatelijkheden tot zwijgen weten te brengen door ertegenin te gaan, als het kan liefdevol, opdat het niet steeds opnieuw begint, het kwaad van haat tegen Joden omdat ze joods zijn of tegen moslims omdat ze moslim zijn of welke vergelijkbare groep ook. Dat het verdwijnen moge als sneeuw voor de zon.
Je teweerstellen tegen onrecht, het opnemen tegen haat- en verderfzaaiers, hoe doe je dat?
Je wilt je tegen het kwaad verzetten maar dat kun je niet in je eentje. Dat hoeft ook niet, maar het moet wel ergens beginnen. En waarom niet bij jou of bij mij?
Campert beschrijft het leven in vrijheid als een feest: ‘er werd gezongen, gedanst en gedronken’, ‘opa’s stonden in hoog aanzien die zeiden dat het zo altijd was geweest en altijd zo zou blijven.’ Het eten werd door de kroegbaas in schelpen opgediend.
Na het feest gaat iedereen slapen en ’s nachts vallen de tanks en de vrachtwagens van de bezetters binnen.
Het is gedaan met de vrijheid voor men het in gaten heeft. Dan gaat het gedicht verder:
Verzet begint niet met grote woorden maar met kleine daden
zoals storm met zacht geritsel in de tuin of de kat die de kolder in z´n kop krijgt
zoals brede rivieren met een kleine bron verscholen in het woud
zoals een vuurzee met dezelfde lucifer die de sigaret aansteekt
zoals liefde met een blik een aanraking iets dat je opvalt in een stem
jezelf een vraag stellen daarmee begint verzet
en dan die vraag aan een ander stellen. _ _ _
Iemand weigert de schelp iemand houdt op met dansen iemand smijt de kroegbaas de kruik in ´t gezicht iemand zegt opa de pest met je oude verhalen iemand wil het alfabet leren
iemand pakt de opzichter z´n zweep af iemand steelt een geweer iemand zegt dit is mijn grond iemand staat zijn dochter niet af aan de landheer iemand antwoordt niet met twee woorden
iemand houdt zijn graan verborgen iemand viert geen feest als de vrachtwagens komen iemand spuugt op de grond als hij de soldaten ziet iemand snijdt de banden door iemand verschuilt zich in het woud
iemand droomt niet meer iemand richt zich op iemand is voor altijd wakker iemand stelt de vraag iemand verzet zich
en dan nog iemand en nog iemand en nog.
Gedicht van Esmée
Stil
vanavond ben ik stil voor wat verloren ging in voorbije oorlogstijd onschuld, veiligheid, vertrouwen leven bevroren in de tijd
vanavond ben ik stil voor wie verlies nog draagt van wie lang geleden is gestorven angst, onmacht, strijd diepe sporen voordat vrijheid werd verworven
vanavond ben ik stil voor wie de stilte raakt aan nooit verloren pijn zonder grenzen zonder tijd in stilte zullen we verbonden zijn
|
|